 Naaien is een leuke hobby als de resulaten lukken. Ineens draag je een prachtige jurk van stof die perfect zit en je hebt een broek gemaakt van stof die je toevallig ontdekte in een stoffenwinkel. Deze broek is uniek en de stof heb je dan ook nog nooit zien rondlopen :>) Als je zelf kleding of accessoires maakt dan leer je telkens weer wat nieuws. En voor je het weet maak je ook je eigen Chanel-Style jasje, een prachtige tas of de bruidsjurk voor iemand die bij voorbaat al YESSSS to the dress zegt op het moment dat je dit aanbiedt. Hoe kom je zover dat je echt trots bent op het resutaat van jouw naaiprojecten? In deze blog Tips & Tricks om couture-naaien te perfectioneren! Tips & Tricks ! Onderstaand elf tips en tricks om jouw couture naaien te vervolmaken. Waarom elf? Tien klinkt veel beter, dat is zeker zo. Maar we hebben er elf en dat is weer eens wat anders. Of Google dit nu zinvol vindt of niet, het gaat om de inhoud!  1. Ken je stoffen! De allereerste stap in een naaiproject is vaak de stof die wordt gekozen. Dit gaat vaak op basis van een patroon en de geadviseerde stof hiervoor. Of omdat de stof simpelweg ontzettend mooi is en je er iets van wilt maken. Maar is de stof ook geschikt voor het naaiproject dat je in je hoofd (op of papier) hebt? Dit is een van de belangrijkste vragen die je jezelf moet stellen alvorens je begint. Iedere stof heeft zijn eigen design, kleur, eigenschappen en kenmerken. Het is belangrijk om die goed te kennen. In het GRATIS E-BOOK Stoffenkennis lees je veel over stoffen en hun specifieke kenmerken.  2. Leer naaipatronen goed lezen De meeste naaipatronen hebben dezelfde universele standaard qua aanwijzingen en termen, ongeacht de taal waarin ze geschreven zijn. (Engels, Duits, Nederlands, Frans etc...) Draadrichting wordt bijvoorbeeld met een pijltje op het patroononderdeel aangegeven en bij de mouwen kun je de voor- of achterkant herkennen aan één streepje voor en twee streepjes achter op de kop van de mouw. En zo nog veel meer. Maarrrr.... er zijn naaipatronen die afwijken van de standaard en daarom tot grote vergissingen kunnen leiden. Hoe zit het bijvoorbeeld met de naadwaarde? Zit die al in het naaipatroon of moet je die er nog bij knippen? Lees meer over het verschil in de meeste naaipatronen of lees vooral de specifieke reviews van een bepaald naaipatroon.  3. Ken je kleuren In de blog: Kleurennamen creatief of crazy, vind je alle namen die gebruikt worden om kleuren aan te duiden. Het is wel zo handig om de meeste kleuren te kennen. Als je een stof koopt die de naam Khaki heeft, dan is dit toch echt iets heel anders dan Taupé. Khaki is meer groen, Taupé is meer grijs. Of iets nauwkeuriger: off-white is meer gelig, poeder is meer rozig. En als je denkt dat zwart gewoon zwart is... écht niet! We kwamen maar liefst tien verschillende namen voor zwart tegen in de online winkels voor stoffen en naai-benodigdheden! Als de kleuren van stoffen op de foto's moeilijk zijn in te schatten en de naam abacadabra voor je is, vraag dan altijd een proeflapje aan de winkel, voor je de stof in de benodigde meters voor jouw naaiproject koopt.  4. Eerst een muslin! Als je iets gaat naaien wat je nog nooit eerder hebt gedaan, een jas, blazer, broek of tas, maak dan eerst een muslin. Een muslin is een term die in de Haute couture wordt gebruikt en is afkomstig van de stof die vaak hiervoor wordt gebruikt: mousseline. De 'muslin' of beter gezegd: proefexemplaar, is dus van goedkope stof of mousseline maken, waardoor je vooral de maten kunt checken, alvorens je met de echte, vaak duurdere stof, gaat werken. Zie het werken met mousseline stof niet als verspilling van materialen en tijd: maar vooral als heel verstandig en leerzaam. Nu blijkt dat het proefexemplaar met hier en daar een paar aanpassingen goed past, kun je je schaar in de (dure) Bouclé stof en de (zijde) voering zetten. Zorg dat je altijd een paar meter mousseline stof, of andere goedkope niet rekbare stof, in huis hebt. Je kan het ook gebruiken als proeflapjes om naaitechnieken te oefenen.  5. Couture naaien:
 6. Passen, passen en nog eens passen Haute couture kenmerkt zich door het feit dat de kleding passend is gemaakt op het lichaam van de potentiële draagster of drager van de kleding. Of een paspop die op maat is gemaakt. Passen, passen en nog eens passen tussen de bedrijven door. Heel vermoeiend en pijnlijk als je steeds al die spelden voelt prikken, maar het is dé manier om een goed eindresultaat te krijgen. Hoe vaak is het menig naaister niet overkomen dat een naaiproject af is, er prima uit ziet en bij het aantrekken ervan, zie je dat het voor geen meter zit? Vaak en veel. Heel jammer, want dan verdwijnt het kledingstuk in de kast en zal het zelden of nooit worden gedragen. Heb je een grondige hekel aan speldenprikken of zelfs prik-vrees? Rijg alles, maar sla het passen tussendoor NIET over.  7. Draadjes afwerken en wegwerken Werk tussen door en na afloop van het naai-project altijd de draadjes weg door ze in te stoppen. Knip einddraadjes of tussendoor- draadjes nooit af. Controleer van te voren of er nog genoeg draad op het spoeltje zit, want niets is zo jammer om halverwege een naad te zien dat de draad op is.  8. Uithalen en overdoen Als je halverwege ziet dat je ergens fout bent gegaan of iets niet klopt, ga dan een paar stappen terug. Met andere woorden betekent dit: uithalen en overdoen. Zie het tornmesje als je grote vriend en niet als je vijand. Net zolang overdoen tot het klopt en goed zit, ookal moet je drie stappen terug in het proces. Niet alleen geeft dan het eindresultaat meer voldoening, maar je weet ook waar je fout bent gegaan voor de volgende keer. Maak hier aantekeningen van op het naaipatroon!  9. Strijken en persen Strijken, strijken en nog eens strijken. Inversteer in een Tailor's ham of maak er zelf een. Of meerdere. Niets is zo fijn om die bij de hand te hebben. Strijken en persen maken naden mooi en geeft de kleding een professionele uitstraling. 10. Wassen, onderhoud en opbergen In de meeste gevallen is het echt aan te raden om de stof van te voren te wassen. Sommige stoffen hebben een hoog krimppercentage en als je deze van te voren niet wast, heb je op langere termijn een probleem. Twijfel je of dit nodig is? Kijk naar de samenstelling van de stof en vraag desnoods aan de verkoper/klantenservice. Het is natuurlijk zo klaar als een klontje dat je zowel de stoffen als jouw eindresultaat beter goed kunt opbergen. Vooral wollen stoffen zijn kwetsbaar voor de tand des tijds. En vooral de kleding die kan vervormen. Het is jammer als je een wollen mantel aantrekt en de kledinghangertjes in de schouders zijn te zien en de vorm hiervan nauwelijks meer weggaat. Hang (Chanel-Style-) jasjes zoveel mogelijk hangend op maar wel op die manier dat de schouders passen op het hangertje. Heb je de ruimte? Leg ze dan zoveel mogelijk gewoon languit in een grote kledinghoes.  11. Presentatie & fotoshoots
Tot slot en een beetje overbodig maar wel weer leuk: fotografeer het eindresultaat voor jezelf of voor Social Media. Voor jezelf is echt een aanrader, want over een jaar of half jaar ben je vermoedelijk de details alweer vergeten. Of waar je de stof hebt gekocht, wat de valkuilen waren en wat je de volgende keer beter kan doen. Voor Social Media is deze blog een aanrader vol adviezen: Hoe-presenteer-je-jouw-eigengemaakte-kleding. Comments are closed.
|
Hoe naai je een Chanel-Style jasje, we love Chanel Information, Historische kostuums, Couture & Sewing boek recensies en tutorials.
|
